Deadlines. Ze dicteren voor een groot stuk wat we doen en wanneer we dat doen. Als accountant weet je: de aangiftetermijnen voor btw, personenbelasting en vennootschapsbelasting bepalen m’n jaarplanning. Ook voor mensen in andere beroepen spelen deadlines een sleutelrol. We vragen hen op welke manier zij ermee omgaan en wat we van hen kunnen leren.
Deel 1: Olaf Verhaeghe, datajournalist bij De Tijd
Olaf, hoe geven deadlines jouw job vorm?
“Ik heb twee soorten deadlines. De Tijd is een dagkrant. Op de ochtendvergadering met de cheffen wordt afgesproken welke artikels we zullen uitwerken. Soms zijn dat stukken voor de krant van de dag erna. Dan ligt de uiterste deadline op pakweg 19, 20 uur ’s avonds. Maar het stuk is liefst al een paar uur vroeger klaar, zodat het nog nagekeken kan worden en ik feedback kan krijgen.”
“Voor de opening – het artikel waarmee de krant op de voorpagina uitpakt – liggen meerdere stukken in de weegschaal. Het nieuwsmanagement bepaalt wat het zwaarste weegt. Dat kan alleen als de stukken op tijd bij hen zijn. Dus m’n dagelijkse deadline is in de praktijk zo vroeg mogelijk in de namiddag.”
Wat is je tweede soort deadline dan?
“Met het datateam van De Tijd – vier man sterk – werken we ook aan langere projecten. Van enkele dagen tot meerdere weken. Dan hebben we geen opgelegde deadline, maar bepalen we er één voor onszelf: tegen die dag willen we het stuk klaar hebben voor publicatie.”
Voor het onlinenieuws is de deadline dan weer ‘direct’, toch?
“Online geldt inderdaad een ander ritme. Het hangt af van het onderwerp, soms maak ik overdag al zaken voor de site en de nieuwsbrieven. Andere stukken ‘sparen’ we op voor de papieren krant: een artikel onder embargo, een samenwerking met onze zusterkrant L’Echo, het openingsstuk waarmee we uitpakken …”